Resultaten van 2009 en 2010


Methode en resultaten van de paddenoverzetacties

Reeds meerdere jaren worden er veel platgereden kikkers, salamanders en padden opgemerkt langsheen de Drongengoedweg, of ook Krakeelweg genoemd in het Drongengoedbos. Vooral in de maanden februari en maart is dit aantal vrij hoog. De reden hiervoor is snel te vinden. Langsheen de Drongengoedweg zijn er verschillende voortplantingspoelen gesitueerd die jaarlijks massaal bezoek krijgen van honderden padden, kikkers en salamanders. De grootste en meest begeerde poel is de WWF poel die gelegen is aan de bosrand op een schraal grasland langs de Drongengoedweg. De “grouk-grouk-grouk” roep van de bruine kikker of het klagend “oink-oink-oink” geluid van de gewone pad is er op ruime afstand goed te horen. Echter is het autoverkeer langs deze Drongengoedweg de laatste jaren sterk gestegen. Daardoor komen veel padden, kikkers en salamanders terecht onder de wielen van een auto of worden ze omhoog gezogen tegen de onderkant van de wagen die aan een
hoge snelheid komt aangereden.

Methode

Om een goed beeld te krijgen van deze amfibieëntrek en om het aantal verkeersslachtoffers zo laag mogelijk te houden werd er in 2009 en 2010 een paddenoverzetactie opgestart in het Drongengoed door Natuurpunt Maldegem-Knesselare i.s.m. de gemeenten Maldegem en Knesselare, Agentschap Bos en Groen (ANB) en Regionaal Landschap Meetjesland (RLM). Langs de Drongengoedweg worden zones voorzien van een scherm die is opgesteld langsheen de trekroute van kikkers, padden en salamanders naar de poelen, waar deze diertjes paren en eitjes af zetten. Dankzij de financiële steun van de gemeenten Maldegem en Knesselare en RLM kunnen we het nodige materiaal zoals kastanje palen, plastieken emmers, pvc scherm en geplastificeerde draad aankopen alsook infofolders en affiches verspreiden. Het plaatsen van de schermen en het ingraven van de emmers langs het schermen wordt uitgevoerd door vrijwilligers van Natuurpunt Maldegem-Knesselare. Dit gebeurt begin februari, net voor het begin van de paddentrek. De niet-aaneensluitende zones zijn zo gekozen op basis de verwachte trekdensiteit en het aantal verkeersslachtoffers die er in de vorige jaren werden vastgesteld Gedurende een achttal weken worden de emmers gecontroleerd en tellen de vrijwilligers het aantal kikkers, padden en salamanders die in deze emmers terecht zijn gekomen. Niet alleen vind men amfibieën in de emmers maar vaak treft men er ook kevers, wormen en muizen aan. Soms worden dode muizen gevonden en daarom worden stokjes in de emmers geplaatst om dit te voorkomen. Aan de hand van een tellijst kan iedere teller zijn voorkeurdata doorgeven. Zowel ‘s morgens als bij avond wordt er geteld. Dit is noodzakelijk daar amfibieën schemerdieren zijn. Vooral bij regenachtig weer en hoge vochtigheid kruipen deze dieren uit hun winterschuilplaats en trekken dan instinctief naar water. Men kan stellen dat deze biologische wekker pas afloopt indien de temperatuur stijgt vanaf 7 à 8°C. Alle telgegevens werden ook doorgegeven aan Hyla, de reptielen- en amfibieën-werkgroep van Natuurpunt. Deze gegevens worden gebruikt in tal van wetenschappelijke projecten en beschermingsacties. Ze zijn belangrijk om er voor te zorgen dat betere beschermingsmaatregelen kunnen gerealiseerd worden op deze plaatsen waar amfibieën massaal de weg oversteken. We denken aan een permanente voorziening (b.v. geleidingswanden, tunnel) of een tijdelijke maatregel ( b.v. weg afsluiten, verkeersbeperking).

Resultaten


paddentrek-resultatenKlik op de grafiek voor het volledig verslag van 2009 en 2010.

De trekperiodes voor de Gewone pad waren in 2009 gesitueerd in de periode van 11/03 tot 15/03 en 26/03 tot 28/03. Voor de Bruine kikker kwam de trekperiode iets vroeger op gang namelijk vanaf 08/03 tot 15/03. Er was ook nog een piekperiode gedurende vijf dagen vanaf 23/03 tot 27/03. Daar de gemiddelde temperatuur in maart 2009 (6.7 °C) drie graden hoger was dan in februari 2009 (3.6 °C) werden er dus in maart meer Gewone padden en Bruine kikkers geteld. Ook in 2010 konden we dit gegeven vaststellen: de trekperiode was echter kort en heel intensief en situeerden zich rond 19 en 20 maart. Gedurende deze twee dagen was de temperatuur hoger dan 7 °C maar het waren vooral regenachtig dagen, de vochtigheid was dan ook hoog.